Zaterdag 24 juli, naar de grens en Ulaan Bator
Er wordt geklopt op onze coupedeur. Het is half drie in de nacht Moskou tijd. Het blijken de Franse wagongenoten te zijn die ons wekken om ons te attenderen op het bereiken van het Baikalmeer. Het immense meer - het grootste ter wereld en 1800 meter diep - ligt er nog wat slaperig bij. Daartoe heeft het zich onder de wolken achter een grauwe ochtendnevel verscholen. Voor ons valt er dan niet meer zoveel te verbazen of te verwonderen. Ik kruip maar weer onder de lakens. Om half negen word ik wakker. Het weer is sinds gisteren voor het eerst sinds mijn vakantie veranderd: geen blauwe, zonnige hemel meer. Het is nu wisselvallig met veel bewolking en af en toe een bui.
Met mijn enkel gaat het wonderwel nog steeds heel goed. Ik gebruik mijn kruk nauwelijks en zelfs het passeren van de eindeloze, smalle gangen van de rijtuigen naar de restauratie gaat me goed af. Intussen komt Mongolië al aardig inzicht: over een half uurtje zijn we bij de grens. Het landschap is intussen al flink veranderd. We rijden nu per dieselloc op enkelspoor door een groen berglandschap met slingerende rivieren, wat prachtige vergezichten oplevert. De woningen hebben hier een fraaiere bouwstijl en de gehuchten en dorpjes zien er in het algemeen wat meer geordend uit. Bij de grens kan ik mijn laatste roebels tegen Mongoolse valuta wisselen. Ook springt de klok vooruit naar de lokale - Mongoolse - tijd. Gedurende het gehele traject werd tot nog toe de tijdzone van Moskou gehanteerd door de spoorwegen, om verwarring zoveel mogelijk te voorkomen. Intussen is het tijdverschil met Nederland opgelopen tot zes uur. De klok gaat dus straks met een flinke sprong vooruit.
Uitrusten kunnen we ook: voor de douaneformaliteiten wordt drie uur uitgetrokken. Onze bewegingsruimte zalzich dan tot trein en perron beperken.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}